Private (v/h particuliere) opdrachtgevers – Architectuur Lokaal
Borneo eiland, Sporenburg. Foto: Ashriver
Rapportage en studiedag als basis voor stimuleringsprogramma’s voor ontwikkelaars, ontwikkelende bouwers, beleggers en corporaties.
Bij de parlementaire behandeling van De Architectuur van de Ruimte, de tweede architectuurnota van het Rijk, in december 1996, kreeg Architectuur Lokaal ten gevolge van het amendement Duivesteijn/Versnel een taakuitbreiding naar de particuliere opdrachtgevers.
Voor de duidelijkheid: met de term ‘particuliere opdrachtgevers’ werd in deze periode nog gedoeld op private partijen, zoals corporaties en ontwikkelende bouwers. Sinds 2001 werd met de term particulier opdrachtgeverschap gedoeld op het opdrachtgeverschap van privé personen die hun eigen huis willen bouwen. Maar dat was bij dit project dus nog niet zo.
Met het amendement werd beoogd de splitsing op te heffen tussen gemeentelijke en private opdrachtgevers met betrekking tot het stimuleren van architectonische kennis en bewustzijn. De rapportage Particuliere opdrachtgevers en architectuurbeleid is het resultaat van een verkenning die Architectuur Lokaal uitvoerde tussen april 1997 en april 1998. Het is een oriëntatie op de nieuwe doelgroep en een zoektocht naar aangrijpingspunten voor een stimuleringsprogramma.
Eind december 1997 werd, in het Nederlands Theaterinstituut in Amsterdam, een besloten studiedag gehouden. Deze studiedag moest de basis leggen voor stimuleringsprogramma’s voor ontwikkelaars, ontwikkelende bouwers, beleggers en corporaties. Met een aantal relevante partijen zijn eigen projecten geanalyseerd op de punten kwaliteitsbewustzijn binnen het bedrijf, opdrachtverwerving, opdrachtomschrijving en programma van eisen, selectie van en afspraken bij samenwerking met andere partijen (regie, risicoderving, zeggenschap, taken), keuze van ontwerpers, en kwaliteitsbewaking in de uitvoeringsfase.
Op grond hiervan is besproken hoe private opdrachtgevers kunnen worden gestimuleerd tot het voeren van een eigen architectuurbeleid en welke instrumenten daarbij kunnen worden toegepast. Er is onderscheid gemaakt tussen het beïnvloeden van de kwaliteitsopvatting (het waarom) en de toepassing van de instrumenten (het hoe).
Lees ook Architectuur is meer dan een mooie gevel, een reactie van Willem van Leeuwen (directeur Aedes), Architectuur Lokaal #21, 1997