De cultuur van de Hollandse badplaats – Architectuur Lokaal
Project met het doel, gemeenten een inhoudelijke stimulans te bieden bij de ontwikkeling van hun plannen ten aanzien van de sfeer, de uiterlijke verschijningsvorm, de ruimtelijke kwaliteiten en het gebruik van hun badplaatsen.
Met de zomer nog in gedachten weet ieder dat strand en zee een onweerstaanbare aantrekkingskracht uitoefenen. Toch associëren maar weinig mensen de architectuur en vormgeving van de Hollandse badplaatsen met een gevoel van welbehagen en visueel genot. De Noordzeekust wordt steeds minder bezocht; niet alleen omdat de concurrentie van andere kusten en recreatievormen groter is, maar ook uit ontevredenheid over het aanzien en het functioneren van de Hollandse badplaatsen.
De cultuur van de Hollandse badplaatsen –of liever gezegd het verdwijnen van die cultuur– is het thema van een project dat Architectuur Lokaal in samenwerking met het Vormgevingsinstituut en de provincies Noord-Holland, Zuid-Holland en Zeeland organiseert. In het project wordt bezien op welke wijze architectuur en vormgeving een bijdrage kunnen leveren aan de noodzakelijke economische, ruimtelijke en culturele ontwikkeling van de Hollandse kust. Doel van het project is om de gemeenten een inhoudelijke stimulans te bieden bij de ontwikkeling van hun plannen ten aanzien van de sfeer, de uiterlijke verschijningsvorm, de ruimtelijke kwaliteiten en het gebruik van hun badplaatsen.
9 ontwerpers werden uitgenodigd voorstellen te doen voor nieuwe ontwikkelingen langs de kust, die dienden als basis voor verdere discussie: de architecten Lars Spuybroek, Tom Frantzen en Niklaas Deboutte; de landschapsarchitecten Bruno Doedens, Jeroen Bosch en Huub Juurlink, en de productontwerpers Ester van de Wiel, Hélène van Dooremolen en Wim Poppinga.
Op 31 oktober werden de plannen in het Thalia-theater in IJmuiden gepresenteerd op een conferentie onder voorzitterschap van Peter Dordregter, directeur VNG en bestuurslid Architectuur Lokaal. Aan de conferentie namen 150 bezoekers deel. Inleidingen werden gehouden door J. Lagrand, gedeputeerde EZ en toerisme Noord-Holland, Pieter Uyttenhove, architectuurcriticus en Hans van der Markt, ontwerper. Fotograaf/landschapsarchitect Anne Bousema typeerde de kust in beeld. De conferentie werd afgesloten met het voornemen om te zoeken naar mogelijkheden voor innovatie van het kustgebied op regionaal niveau. Uit de talrijke enthousiaste reacties op het project hebben de organisatoren (in overleg met de drie provincies, het Nederlands Bureau voor Toerisme, Toerisme en Recreatie AVN en de Rijksplanologische Dienst RPD van het Ministerie van VROM) geconcludeerd dat het debat over de ruimtelijke, economische en culturele ontwikkeling van de kust voortgang moet vinden. In dit kader stelde Architectuur Lokaal voor om aanbevelingen voor eventuele voortzetting aan het Platform Architectuurbeleid van het rijk te doen. Inmiddels heeft de Rijksplanologische Dienst RPD van het Ministerie van VROM besloten een zomeratelier ontwerpen voor de kust te organiseren om de gedachten over de kuststrook scherper te formuleren op rijksniveau. De publicatie De cultuur van de Hollandse badplaats speelt hierbij een belangrijke rol. In de Vijfde Nota Ruimtelijke Ordening die momenteel in voorbereiding is zal specifiek aandacht worden besteed aan het Nederlandse kustgebied.
Lees ook De cultuur van de Hollandse Badplaats, Architectuur Lokaal #16